Respijtzorg wil beroepskrachten

“Om respijtzorg op een verantwoorde manier te kunnen blijven aanbieden, blijkt de inzet van zo’n dertig procent aan betaalde krachten noodzakelijk.” Dit schreef voorzitter Toon Theeuwen van stichting Kapstok Venray eind juni in Dagblad De Limburger, onder de noodkreet ‘Red de mantelzorger’. Stichting Kapstok is een vrijwilligersorganisatie die deze respijtzorg op zich heeft genomen. Respijtzorg is ‘het tijdelijk overnemen van de zorg ter ontlasting van mantelzorgers van langdurig zieken of gehandicapten’, zo zegt het woordenboek. Door deze respijtzorg kunnen mantelzorgers er even tussenuit; even ontspannen van de zware taak die zij op zich hebben genomen.

Het betekent wel dat het logeerhuis dag en nacht, het hele jaar door, klaar moet staan voor de zieken. Wil dit rendabel draaien dan moet er voldoende aanbod van gasten zijn. Venray alleen is dan te klein. Het is een illusie te denken dat dit alleen door vrijwilligers op te knappen is. Theeuwen doet een beroep op de zeven gemeenten in Noord-Limburg, waarin Kapstok actief is, om samen subsidie aan de stichting te verlenen, zodat die professionele hulp mogelijk is. Kapstok draait voor een groot deel op enthousiaste vrijwilligers, maar er zijn zorgtaken en geneeskundige handelingen die een vrijwilliger niet mag doen. Daarvoor wordt dan Thuiszorg ingeschakeld. Daar moet dan wel geld voor zijn, aldus Theeuwen.

Hoeveel geld is er nodig om Kapstok te ondersteunen? Twee ton. Als elke deelnemende gemeente 30.000 euro per jaar opzij kan leggen, is het rond. Hoe ze dit onderling verdelen, naar grootte van de gemeente of naar inwonertal, dat is aan hen.

Is hiervoor een aanvraag ingediend? Nee, formeel nog niet. Wel gaan we dit met die zeven Noord-Limburgse gemeenten bespreken. Dit vergt wel eerst enkele ‘verkennende’ gesprekken. Daar is de stichting al mee bezig.

Hoeveel beroepskrachten zijn er nodig voor Kapstok? Om de zaak goed te laten draaien zijn er mensen voor vier volledige dagtaken. Daarnaast is er nog de logeerhuismanager.

Willen jullie eigen beroepskrachten of meer hulp van Thuiszorg? Nu is het zo dat daar waar onze gast thuis al hulp krijgt van Thuiszorg, deze hulp door de desbetreffende zorgorganisatie ook voor die gast in het logeerhuis geleverd wordt. Zorgtaken worden derhalve niet door LK-medewerkers verleend, maar door gekwalificeerde thuiszorgmedewerkers. LK-beroepskrachten verrichten -net als onze vrijwilligers- uitsluitend taken in de sfeer van welzijn (gastenbegeleiding).

Is er zicht op of dit geld er komt? De gemeente Venray heeft een concrete eerste aanzet gedaan. We brengen dit als voorbeeld ook over naar andere partijen.

Verzekeraars vergoeden geen respijtzorg. Is daar winst te behalen? Verzekeraars vergoeden bij bepaalde polissen wel respijtzorg, maar tot nu toe alleen ‘achter de eigen voordeur’, dus als er iemand bij de zorgvrager thuis komt. Logeerhuis Kapstok valt hier niet onder. Ook doen verzekeraars tot nu toe alleen zaken met door hen gecontracteerde partijen. Gezien het groeiende aantal logeerhuizen, lijkt het logisch en verdedigbaar dat de verzekeringsmaatschappijen ook respijtzorg anders dan achter de eigen voordeur in hun pakket opnemen. Veel gemeenten erkennen de logeerhuiszorg inmiddels. Dit blijkt uit het groeiend aantal gasten dat met vergoeding vanuit de Wmo bij Kapstok verblijft.

Wat doen bedrijven die minder personeelsverzuim hebben als er betere respijtzorg is? In de vele gesprekken die Kapstok voert met allerlei partijen wordt dit aspect steeds genoemd. Allen geven dan aan dat hier zeker financiële winst te halen is, door het terugdringen van deze vorm van ziekteverzuim. Maar verder dan deze constatering zijn we met z’n allen nog niet gekomen.