Je kunt haar gerust hét gezicht van De Boggerd noemen.
Truus van Veghel-van Dijck (72) is minimaal twintig uur in de week aan het werk in en om de kantine van SV Venray. Voordat ze met onze redacteur in gesprek gaat, schenkt ze nog snel even een bakje koffie in voor Peter Ermers, Gerrit Janssen en Peter Fleuren, drie andere vrijwilligers van de voetbalclub. “Hoelang duurt het interview?”, vraagt ze terwijl de suiker- en melkzakjes pakt. “Want ik moet over een halfuurtje weg.”
Het is Truus ten voeten uit. Ze is altijd in de weer, kan moeilijk stilzitten en houdt ervan om onder de mensen te zijn en hen waar kan met raad en daad bij te staan. In 2017 werd ze voor haar verdiensten voor de samenleving benoemd tot lid in de Orde van Oranje-Nassau. “Dat is mooi, maar eigenlijk hoeft al die aandacht niet voor mij. Ik sta liever op de achtergrond dan in het middelpunt van de belangstelling. Laat mij maar gewoon mijn ding doen.”
Truus is een geboren en getogen Venrayse. Opgegroeid in een gezin met drie zussen. “Ik was de middelste, Joke is de oudste en Thea de jongste. Pap was melkboer en mam huismoeder. Daarbij runden ze nog een kleine keuterboerderij, net zoals zo veel mensen in die tijd. Ik woon nog altijd in een deel van het toenmalige ouderlijk huis van de familie Van Dijck aan de Overloonseweg.” Met een lach: “Ja, ik ben erg honkvast.”
Als meisje was ze erg sportief. Ze deed onder meer aan atletiek ‘100 en 400 meter sprint en de 5 kilometer’, voetbalde bij de Katholieke Plattelands Jongeren (KPJ) en nam ook deel aan de in 1972 door Venray in Italië gewonnen internationale zeskamp voor het tv-programma Spel zonder Grenzen van de NCRV. “Ik was ook een van de eerste dames die bij SV Venray ging voetballen. Als ik het me goed herinner, begonnen we met twee teams. Ik was toen een jaar of twintig.” Na haar voetballoopbaan, in 1982, toen ze vanwege een knieblessure haar voetbalschoenen aan de wilgen moest gangen, ging ze de kantine beheren. Samen met haar grote liefde Henk van Veghel uit Vierlingsbeek. “We woonden in die jaren in een tot woning omgebouwde stal van de boerderij van onze ouders. Henk was toen automonteur bij autobedrijf Van Haren en ik werkte parttime in de thuiszorg. Dat kantinebeheer op dinsdag- en donderdagavond en zaterdag en zondag hebben we tot 1997 gedaan, totdat Henk op 46-jarige leeftijd plotsklaps overleed aan een bacte- riële infectie. Ja, dat had een grote impact op mijn leven en dat van onze zoon Rens, maar kwam ook binnen SV Venray heel hard aan.” Ze denkt even na. “Ondanks het zeer grote verdriet, ben ik toen niet achter de geraniums gaan zitten. Het werken bij SV Venray en mijn andere vrijwilligerswerk hebben me geholpen bij de verwerking van het verlies van Henk. Het was voor mij in die nare tijd gewoon erg belangrijk om onder de mensen te kunnen komen. Dat is ook het mooie van een club: je kunt je vreugde en verdriet delen met elkaar.”
Anno 2024 is het erelid nog altijd bijna dagelijks op de club te vinden. “Ik was de kleren van de teams, dweil de kantine en maak de toiletten schoon. En op zaterdag en zondag spring ik bij als het druk is in de kantine.” Maar niet als haar kleinkinderen moeten sporten op de zaterdagmorgen, haast ze zich te zeggen. “Mijn kleindochters Lot en Sien hockeyen en mijn kleinzoon Faas voetbalt bij Venray. Als zij thuis moeten spelen, dan gaat dat voor. Daar kan ik echt van genieten.” De appel valt niet ver van de boom, zo blijkt. Want haar oudste kleindochter Lot is inmiddels in de voetsporen van haar kwieke oma getreden. “Ze is vijftien jaar en werkt ook in de kantine. Ja, dat vind ik natuurlijk keileuk. En ook Sien, die dertien jaar is, heeft al laten weten graag in de kantine te komen werken. Ja, dat kunnen ze prima. Het zijn twee vlotte meiden”, zo klinkt het trots.
Naast al haar werkzaamheden voor SV Venray zet Truus zich op meer manieren in voor de samenleving. Ze is onder meer actief voor de Zonnebloem in Venray en collecteert jaarlijks voor de gezamenlijke goededoelenactie. Daarvoor was ze onder meer jarenlang vrijwilliger bij de Stichting Organisatie Limburgse Bedevaarten en bestuurslid van de oudste (inmiddels opgeheven) buurtvereniging Eendracht. Bij de Venrayse Vrouwen Beweging (VVB) is ze al jaren voorzitter en bij de ‘overkoepelende’ vrijwilligersgroep van Vincentiushuis helpt ze waar kan bij grotere activiteiten. En dan vergeten we waarschijnlijk nog een aantal vrijwilligersfuncties. Waar ze de tijd en de zin vandaag haalt? Truus met een lach: “Ik kan me eerlijk gezegd geen ander leven voorstellen. Ik doe al dat vrijwilligerswerk ook voor mijn eigen welzijn en voel me er goed bij.” Met een lach: “En wat moet ik in godsnaam de hele dag thuis doen? De kantine van SV Venray is mijn tweede huis. Als ik een drukke dag heb, ben ik soms al om 6 uur ’s morgens op de club. Zolang mijn gezondheid het toelaat, blijf ik dit werk met alle plezier doen.”
Foto: Truus van Veghel-van Dijck achter de bar bij SV Venray.
(vanaf links: Peter Ermers, Gerrit Janssen en Peter Fleuren) Foto: Han Siebers.